Presheen heeft het syndroom van Down

IJSSELMONDE – Mensen bestaan uit heel veel cellen. In iedere cel zitten chromosomen. In je chromosomen zitten allerlei eigenschappen die je van je ouders hebt gekregen. Bijvoorbeeld welke kleur haar en welke kleur ogen je hebt. Iedereen hoort 46 chromosomen te hebben. Mensen met het syndroom van Down hebben 47 chromosomen. Het extra chromosoom zorgt ervoor dat die mensen zich lichamelijk en verstandelijk anders ontwikkelen. Presheen (11) heeft het syndroom van Down. 

Kinderkrant Jong010 biedt de mogelijkheid om het thema 'anders zijn' op een laagdrempelige manier bespreekbaar te maken. Bovendien kunnen kinderen die een beperking hebben of chronisch ziek zijn meer op de voorgrond treden.

Tekst: Suzanne Huig

Foto's: Arjen Jan Stada

Leren op mijn eigen manier

‘Ik leer op mijn eigen manier. Ik leer iets langzamer dan mijn leeftijdsgenoten. Ik doe daarom soms andere dingen dan mijn klasgenoten. Ik werk zelfstandig aan mijn eigen taken als mijn klasgenoten zelfstandig werken. Ik heb soms een beetje moeite met praten. Ik ga daarom iedere vrijdag naar een logopediste. Ik leer van haar woorden goed uitspreken’, vertelt Presheen. 
 

Begeleiding van hulpjuf Ank 

‘Ik zit in groep 6 van de Meester Baarsschool. Juf Ank is mijn hulpjuf. Zij komt speciaal voor mij op maandag, woensdag en vrijdag naar school. Ze leert mij dan nieuwe dingen en kijkt samen met mij mijn gemaakte werk na. Juf Ank geeft mij extra uitleg als dat nodig is. Ik ben heel erg blij met juf Ank. Ik werk gewoon zoals mijn klasgenoten als juf Ank er niet is. We doen ’s middags vaak iets leuks. We knutselen dan bijvoorbeeld in groepjes ’, zegt Presheen. 
 

Juf Ank helpt Presheen met schoolwerk 

Lades met opdrachten 

Presheen: ‘Ik heb een speciale tafel in de klas. Ik heb 3 lades in mijn tafel. Juf Ank zorgt ervoor dat in mijn lades alle opdrachten liggen die ik die dag moet maken. Ik begin iedere dag met mijn letterdoos en opdrachten uit mijn bovenste lade. In mijn bovenste lade liggen mijn opdrachten voor woordenschat. Ik maak daarna mijn rekenopdrachten uit lade 2. Ik maak als laatst mijn taalopdrachten uit lade 3. Juf Ank legt alle opdrachten speciaal voor mij klaar.’

Klasgenoten laten lachen en troosten 

‘Mijn klasgenoten zijn blij met mij. Ik ben altijd vrolijk. Ik vind het leuk om grapjes te maken of een gek gezicht te trekken. Mijn klasgenoten vinden dat leuk en moeten daardoor vaak lachen. Ik word er blij van als ik mensen laat lachen. Ik kan mijn klasgenoten ook goed helpen. Ik help hen bijvoorbeeld als ze verdrietig zijn. Ik troost iemand als hij of zij verdrietig is door over zijn of haar schouder te aaien’, vertelt Presheen.
 

Fonds Kind & Handicap heeft elke maand een voorlichtingspagina in de Kinderkrant van Rotterdam, Jong010. De krant wordt op alle basisscholen in Rotterdam verspreid. Hij wordt in de klas besproken en de kinderen nemen hem mee naar huis.

In de artikelen die op de pagina van Fonds Kind & Handicap staan kun je de verhalen lezen van kinderen die een chronische ziekte hebben of gehandicapt zijn. Het geeft een inkijkje in een stukje van hun leven, hun hobbies en hoe ze omgaan met hun ziekte. Hiermee hopen we dat andere kinderen meer begrip krijgen voor kinderen die misschien net een beetje anders zijn, maar ook gewoon willen meedoen met de rest! We laten ook graag de brussen aan het woord. Brussen of brusjes zijn de broers en zussen van een kind (of volwassene) met een beperking. Zij ervaren in het dagelijks leven ook de gevolgen van de aandoening of beperking van hun broer of zus. Lees meer over Jong010 bij de rubriek 'Wat wij doen'.